Een nieuwe taal leren is een uitdagend avontuur dat ons nieuwe culturen doet ontdekken, net als nieuwe perspectieven en manieren om te communiceren. Binnen de Europese talen is Nederlands bovendien bijzonder interessant. Gesproken in België, Nederlands en in verschillende andere regio's in de wereld, wordt het vaak waargenomen als een toegankelijke taal dankzij gelijkenissen met het Engels en het Duits. Om goed de starten is het belangrijk om de basis te beheersen, en in het bijzonder de woordenschat gelinkt aan de tijden : de dagen, de maanden, de jaren en de seizoenen.
Deze woorden zijn alomtegenwoordig in het dagelijkse leven. Hetzij we een afspraak moeten regelen, over het weer praten of een belangrijke datum aanhalen, zal kennis van deze termen toelaten om vertrouwen te winnen en vloeiend te worden in conversaties. In dit artikel gaan we de fundamentele elementen verkennen met handige tabellen, uitspraken en concrete voorbeelden. We zullen ook ontdekken hoe vragen te stellen over de datums en ze correct leren schrijven in het Nederlands. Welnu, bereid je voor om je woordenschat te verrijken en en stap verder te zetten naar een complete beheersing van het Nederlands !
De dagen van de week in het Nederlands
Hier zijn de dagen van de week in het Nederlands en hun uitspraak:
Frans | Nederlands |
Lundi | Maandag |
Mardi | Dinsdag |
Mercredi | Woensdag |
Jeudi | Donderdag |
Vendredi | Vrijdag |
Samedi | Zaterdag |
Dimanche | Zondag |
Enkele nuttige uitdrukkingen
- Vandaag : aujourd'hui.
- Gisteren : hier.
- Morgen : demain.
- Overmorgen : après-demain.
De maanden van het jaar in het Nederlands
De namen van de maanden in het Nederlands zijn gelijkaardig aan het Frans, wat het leren vergemakkelijkt:
Frans | Nederlands |
Janvier | Januari |
Février | Februari |
Mars | Maart |
Avril | April |
Mai | Mei |
Juin | Juni |
Juillet | Juli |
Août | Augustus |
Septembre | September |
Octobre | Oktober |
Novembre | November |
Décembre | December |
Enkele uitdrukkingen met de maanden
- In januari : en janvier.
- Begin maart : début mars.
- Eind juni : fin juin.
De seizoenen in het Nederlands
In het Nederlands, zijn « les saisons » "de seizoenen" genoemd. Hier is de lijst :
Frans | Nederlands |
Le printemps | De lente |
L'été | De zomer |
L'automne | De herfst |
L'hiver | De winter |
Uitdrukkingen met de seizoenen
- In de zomer : en été.
- Tijdens de winter : pendant l'hiver.
Hoe een datum vragen en schrijven in het Nederlands ?
Vragen naar een datum in het Nederlands
Om te vragen naar een datum in het Nederlands kan je volgende formuleringen gebruiken :
- Welke dag is het vandaag? : quel jour sommes-nous aujourd’hui ?
- Wat is de datum? : quelle est la date ?
- Wanneer ben je geboren? : quand es-tu né(e) ?
Een datum schrijven in het Nederlands
In het Nederlands hanteren we volgende volgorde om een datum te noteren : dag – maand- jaar. Hier zijn enkele voorbeelden :
- 1 januari 2024 : 1er janvier 2024.
- 15 augustus 2023 : 15 août 2023.
- 3 mei 2022 : 3 mai 2022.
Een datum volledig spellen in het Nederlands
Om een datum te lezen en volledig te spellen in het Nederlands:
- De derde mei tweeduizend tweeëntwintig : le 3 mai 2022.
- De vijftiende augustus tweeduizend drieëntwintig : le 15 août 2023.
- De eerste januari tweeduizend vierentwintig : le 1er janvier 2024.
Jaren en uitdrukkingen gerelateerd aan de tijd
In het Nederlands is het woord voor "année" het jaar. Hier enkele sleuteluitdrukkingen :
- Vorig jaar : l’année dernière.
- Volgend jaar : l’année prochaine.
- Elk jaar : chaque année.
- Een paar jaar geleden : il y a quelques années.
Specifieke dagen in het jaar
Hier zijn enkele specifieke dagen om te kennen :
Frans | Nederlands |
Jour de l'an | Nieuwjaar |
Epiphanie | Driekoningen |
Mardi Gras | Vastenavond |
Dimanche des Rameaux | Palmzondag |
Pâques | Pasen |
Lundi de Pâques | Paasmaandag |
Ascension | Hemelvaart |
Pentecôte | Pinksteren |
Lundi de Pentecôte | Pinkstermaandag |
Fêtes des mères | Moederdag |
Fêtes des pères | Vaderdag |
Assomption | Tenhemelopneming |
Toussaint | Allerheiligen |
Noël | Kertmis |
L'anniversaire | De verjaardag |
La fête | Het feest |
De dagen, maanden, jaren en seizoenen leren in het Nederlands is een simpele, maar cruciale stap om de taal te leren beheersen. Wanneer je regelmatig oefent, zal je beter in staat zijn om de taal te begrijpen en te gebruiken in dagelijkse gesprekken.
En waarom niet nog verder gaan in het leerproces? Als je gemotiveerd bent om Nederlands te ontdekken, is de Nederlandse Academie in Brussel de ideale plek. Met meer dan 40 jaar expertise biedt onze school kwaliteitsonderwijs voor alle niveaus. Of je nu jouw uitspraak wilt verbeteren, de grammatica onder de knie wilt krijgen of jouw woordenschat wilt uitbreiden, de ervaren docenten van de Nederlandse Academie begeleiden je met passie.
Dus, waar wacht je nog op? Sluit je aan bij de Nederlandse Academie en maak van jouw reis om Nederlands te leren een onvergetelijke en verrijkende ervaring. Veel succes!